omplooien
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord omplooien. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord omplooien, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je omplooien in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord omplooien is hier. De definitie van het woord omplooien zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanomplooien, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- om·plooi·en
- samenstelling van om vz en plooien ww
omplooien [1]
| stamtijd | ||
|---|---|---|
| onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
| omplooien |
plooide om |
omgeplooid |
| zwak -d | volledig | |
- veranderen, ontwikkelen
- Ik vind overigens dat de (homo)seksuele daad in de fantasie van veel heterojongeren veel te centraal staat. Er is een lange weg af te leggen voor je zover bent. Wat mij interesseerde, was precies dat proces: van de aanvankelijke ontkenning en aanpassing aan de heteronorm, die langzaam omplooien tot een besef dat je in het reine moet komen met je eigen gevoelens.[2]
- maken van een vouw
- Van Severen is erg zenuwachtig. Op het binnenplein van het Modemuseum heeft hij een installatie geplaatst: de vloer, een stoel en een tafel zijn geflockt. Canvas filmt hoe Shivra en Mattia broeken omplooien en aan mouwen trekken.[3]
- Wanneer ze hun leesbezigheid moeten onderbreken, dan stoppen ze in hun boek wat ze maar kunnen vinden. En gelukkig, het hoekje van de bladzijde omplooien blijft immers een daad van barbarij. Ik ken niemand die dat doet, of het moet mijn eigen vrouw geweest zijn toen ik haar leerde kennen. Ik heb haar snel van die slechte gewoonte kunnen afhelpen.[4]
- Het woord omplooien staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "omplooien" herkend door:
| 76 % | van de Nederlanders; |
| 99 % | van de Vlamingen.[5] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Standaard 23 OKTOBER 2014 Homoliefde op kindermaat
- ↑ de Standaard 14 SEPTEMBER 2013 Het defilé van de waarheid
- ↑ de Standaard 15 FEBRUARI 2013 Tussendoortje
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
