onderhuur
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord onderhuur. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord onderhuur, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je onderhuur in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord onderhuur is hier. De definitie van het woord onderhuur zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanonderhuur, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- on·der·huur
- samenstelling van onder en huur [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | onderhuur | onderhuren |
| verkleinwoord | - | - |
- het huren van de huurder
| vervoeging van |
|---|
| onderhuren |
onderhuur
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onderhuren
- ... dat ik onderhuur.
| vervoeging van |
|---|
| onderhuren |
onderhuur
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onderhuren
- Ik onderhuur.
- gebiedende wijs van onderhuren
- Onderhuur!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onderhuren
- Onderhuur je?
- Het woord onderhuur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "onderhuur" herkend door:
| 98 % | van de Nederlanders; |
| 90 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
