Geluid: ontweldigende (hulp, bestand) ont·wel·di·gen·de ontweldigende verbogen vorm van ontweldigend, het onvoltooid deelwoord van ontweldigen Het woord...
Geluid: ontwelde (hulp, bestand) ont·wel·de ontwelde enkelvoud verleden tijd van ontwellen Ik ontwelde. Jij ontwelde. Hij, zij, het ontwelde. ...
Geluid: ontwelden (hulp, bestand) ont·wel·den ontwelden meervoud verleden tijd van ontwellen Wij ontwelden. Jullie ontwelden. Zij ontwelden. Het woord...
Geluid: ontweld (hulp, bestand) ont·weld vervoeging van ontwellen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel ontweld voltooid deelwoord...
van ontweldigen onbepaalde wijs kort lang onvoltooid tegenwoordig ontweldigen te ontweldigen toekomend zullen ontweldigen te zullen ontweldigen voltooid...
ontvlekken ontvliegen ontvlokken ontvormen ontwaaien ontwasemen ontwekken ontweldigen ontwinnen ontwoekeren ontwoelen ontworden ontzadelen ontzakken ontzamelen...
ben ontweld bent ontweld bent/is ontweld zijt ontweld is ontweld zijn ontweld zijn ontweld zijn ontweld verleden (v.v.t.) was ontweld was ontweld was...
stamtijd onbepaalde wijs verleden tijd voltooid deelwoord ontwellen ontwelde ontweld zwak -d volledig...