onvolgroeid

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord onvolgroeid. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord onvolgroeid, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je onvolgroeid in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord onvolgroeid is hier. De definitie van het woord onvolgroeid zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanonvolgroeid, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·vol·groeid
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen onvolgroeid onvolgroeider onvolgroeidst
verbogen onvolgroeide onvolgroeidere onvolgroeidste
partitief onvolgroeids onvolgroeiders -

Bijvoeglijk naamwoord

onvolgroeid

  1. van iets dat het nog niet tot volle wasdom is ontwikkeld
     Wat beklijfde er van haar bravoure? Onder haar zorgvuldig verknipte spijkerrok liet zich niets anders raden dan een nog onvolgroeid tienerlijfje, met kinderbilletjes.
     Op Texel is gisteren een levende bruinvis aangespoeld. Het gaat om een jong onvolgroeid vrouwtje. Ze had een grote wond op haar hoofd en haar rugvin was aangepikt door meeuwen.
Synoniemen
Antoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij op Wikipedia, ISBN 9789023479925
  3. Bronlink geraadpleegd op 7 maart 2022 Weblink bron “Levende bruinvis naar Harderwijk” (24-02-2012), NOS