Geluid: opredderende (hulp, bestand) op·red·de·ren·de opredderende verbogen vorm van opredderend, het onvoltooid deelwoord van opredderen...
opruimen overgankelijk regelen, in orde brengen beredderen, ontredderen, opredderen, overredderen geredder, redderaar, redderig, reddering Het woord redderen...
bedrijvende vorm van opredderen onbepaalde wijs kort lang onvoltooid tegenwoordig opredderen op te redderen toekomend zullen opredderen op zullen redderen...
oppepping oppersing opporring oppotting oppropping oprakeling opraking opreddering oproering oprolling oprukking opscherping opschikking opschildering opschoeiing...