ossenhoeder

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord ossenhoeder. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord ossenhoeder, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je ossenhoeder in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord ossenhoeder is hier. De definitie van het woord ossenhoeder zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanossenhoeder, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Ossenhoeder


1. Een ossenhoeder met twee ossen op een schilderij van E. Burnand op Wikipedia (fr).
  • os·sen·hoe·der
enkelvoud meervoud
naamwoord ossenhoeder ossenhoeders
verkleinwoord - -

de ossenhoederm

  1. (veeteelt) (beroep) (historisch) iemand die op gecastreerde stieren past en ze begeleid wanneer ze iets voorttrekken
     Het is mogelijk een verdeling te maken naar de personen die in de pastorale zangen voorkomen. Zo kunnen we niet alleen bepaalde soorten zangen onderscheiden al naar gelang de erin voorkomende herder een schapen-, geiten- of ossenhoeder is, maar ook naar de werkzaamheden van de erin optredende personen.[2]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 8 januari 2022 Weblink bron
    J.L.P. Blommendaal
    “De zachte toon der herdersfluit.” (1987), Hes Uitgevers, Utrecht, ISBN 9061943566, p. 21