paasdag

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord paasdag. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord paasdag, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je paasdag in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord paasdag is hier. De definitie van het woord paasdag zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanpaasdag, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • paas·dag
enkelvoud meervoud
naamwoord paasdag paasdagen
verkleinwoord paasdagje paasdagjes

de paasdagm

  1. (religie) een van de twee dagen van het paasfeest, paaszondag of paasmaandag
    • De tweede paasdag is een officiële vrije dag. 
98 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be