pauk

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord pauk. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord pauk, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je pauk in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord pauk is hier. De definitie van het woord pauk zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanpauk, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • pauk
  • Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘slaginstrument’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1717 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord pauk pauken
verkleinwoord paukje paukjes

de paukv / m

  1. (muziekinstrument) een grote verstembare keteltrommel zoals gebruikt in een orkest
    • De pauken zijn belangrijke instrumenten bij vele symfonische stukken. 
vervoeging van
pauken

pauk

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pauken
    • Ik pauk. 
  2. gebiedende wijs van pauken
    • Pauk! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pauken
    • Pauk je? 
78 % van de Nederlanders;
80 % van de Vlamingen.[2]