van het Spaanse werkwoord pinzar Infinitief (infinitivo) Voltooid deelwoord (participio) Onvoltooid deelwoord (gerundio) pinzar pinzado pinzando Aantonende...
knibe (da) Duits: kneifen (de) Engels: squeeze (en), pinch (en) Frans: pincer (fr) Noors: knipe (no) Nynorsk: knipe (nn) Spaans: apretar (es), pinzar (es)...
Engels: pick (en), pinch (en), pluck (en), ring (en) Spaans: coger (es), pellizcar (es), pinzar (es), pizcar (es), pulsar (es), puntear (es)...
Duits: drängen (de), drücken (de), zwängen (de) Engels: pinch (en) Spaans: pellizcar (es), pinzar (es)...