plantengroei

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord plantengroei. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord plantengroei, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je plantengroei in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord plantengroei is hier. De definitie van het woord plantengroei zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanplantengroei, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
plantengroei op een muur
  • plan·ten·groei
enkelvoud meervoud
naamwoord plantengroei
verkleinwoord

de plantengroeim

  1. (plantkunde) het in omvang toenemen van planten
    • De camera's horen bij de beveiliging van een illegale hennepkwekerij, die dinsdagochtend door de Achterhoekse politie is opgerold. In twee schuren worden in totaal 2200 hennepplanten aangetroffen. "Bijna oogstrijp" , is het oordeel van de agenten. De technische man van het energiebedrijf Nuon betitelt de voor de plantengroei noodzakelijke elektrische installatie als 'brandgevaarlijk'. [2] 
  2. (plantkunde) alle aanwezige planten in een bepaald gebied
    • Heel wat maren blijken 10 tot 20.000 jaar oud, al is het Eckfelder Maar, tussen Manderscheid en Daun, meer dan 40 miljoen jaar oud. ‘Het bekendst zijn de maren gevuld met water, maar die vormen een minderheid’, gaat Mandy van Leeuwen verder. ’In de Eifel zijn het er niet meer dan 11 van de bijna 80 maren. De andere zijn trockene Maare: moeras- of veengebieden, met een aparte plantengroei. Onlangs heeft een groep studenten nog een nieuwe maar ontdekt.’ [3] 
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Tubantia 12- maart - 2008
  3. de Standaard ZATERDAG 9 SEPTEMBER 2017