prognosticeren

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord prognosticeren. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord prognosticeren, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je prognosticeren in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord prognosticeren is hier. De definitie van het woord prognosticeren zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanprognosticeren, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.


  • prog·nos·ti·ce·ren

prognosticeren [2]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
prognosticeren
prognosticeerde
geprognosticeerd
zwak -d volledig
  1. op basis van kennis en kunde een onderbouwde voorspelling doen
    • En met het toenemen van de digitale aanvallen en bedreigingen, zie je ook dat cyber securitybedrijven steeds hogere omzetten boeken. En dat de groeivooruitzichten door onderzoeksbureaus nogal eens naar boven toe worden aangepast. Nu prognosticeren bureaus ruim 17% gemiddelde groei jaarlijks voor de komende jaren. [3] 
    • Mart Smeets. Werd geridiculiseerd en riep dat Balkenende veel te veel verdient, maar bleek een ziener. Zonder te willen prognosticeren (zijn term) voorspelde Smeets vóór de Tour dat de ronde voor Raborenner Robert Gesink wel eens heel kort zou kunnen duren. En zo geschiedde. Wat een held. [4] 
  2. (medisch) voorspellen hoe het beloop van een ziekte is
78 % van de Nederlanders;
74 % van de Vlamingen.[5]