Geluid: samenvouwende (hulp, bestand) sa·men·vou·wen·de samenvouwende verbogen vorm van samenvouwend, het onvoltooid deelwoord van samenvouwen...
breken, kapotgaan, stukgaan [1]: brotna breken [1]: mölva inslaan [1]: smalla uitbreken [2]: brjóta saman samenvouwen [2]: leggja saman dubbelvouwen ...
(scheepvaart) (m.b.t. een zeil) het effectieve oppervlak verkleinen door samenvouwing of oprolling Bij het reven met een bindrif wordt het zeil met reefknuttels...
van handeling van inklappen met het achtervoegsel -baar inklapbaar samenvouwbaar en daardoor kleiner en makkelijker mee te nemen of op te bergen Joop...
dubbelvouwen, invouwen, omvouwen, ontvouwen, openvouwen, opvouwen, overvouwen, samenvouwen, uitvouwen 1. de vouwen mv meervoud van het zelfstandig naamwoord...
samenspanning samenstroming samentelling samenvalling samenvlechting samenvouwing samenwoning sampling sarring saving scanning schaakspeling schaarding...
zal samenvouwen zult/zal samenvouwen zult/zal samenvouwen zult samenvouwen zal samenvouwen zullen samenvouwen zullen samenvouwen zullen samenvouwen voorwaardelijk...
samenvallen samenvatten samenvlechten samenvlieten samenvloeien samenvoegen samenvouwen samenwerk samenwerken samenweven samenwonen samenwringen samenzang samenzijn...
Oudnoorse woord hneppa. neppe nauwelijks, vrijwel knapt snautt neppe samenvouwen, vouwen omdoen [1]: kneppe [1]: knipe inn [1]: klemme i hop [1-2]: falde...