samenwerken

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord samenwerken. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord samenwerken, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je samenwerken in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord samenwerken is hier. De definitie van het woord samenwerken zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vansamenwerken, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • sa·men·wer·ken
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
samenwerken
werkte samen
samengewerkt
zwak -t volledig

samenwerken

  1. inergatief ~ met met een of meer aan hetzelfde werken
    • Hij kon goed met iemand samenwerken. 
     Het rapport geeft drie hoofdadviezen: ga bouwen, ga digitaal en ga samenwerken.[1]
     Want de arbeidersmeerderheid had het probleem dat ze geen opgeleide mensen hadden voor alle bureaucratische en politieke posten. Dus moesten ze hun tegenstander om hulp vragen. En sindsdien werken ze in alle rust samen.[2]
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]
  1. Bronlink Weblink bron
    Noud Engelen
    “Kwetsbare ouderen hebben beschermde woonomgeving nodig” (14 februari 2020), Trouw
  2. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044625691
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be