schappelijk

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord schappelijk. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord schappelijk, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je schappelijk in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord schappelijk is hier. De definitie van het woord schappelijk zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanschappelijk, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • schap·pe·lijk
  • In de betekenis van ‘redelijk’ voor het eerst aangetroffen in 1599 [1]
  • afgeleid van schap met het achtervoegsel -lijk met het invoegsel -e- [2]
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen schappelijk schappelijker schappelijkst
verbogen schappelijke schappelijkere schappelijkste
partitief schappelijks schappelijkers -

schappelijk [3]

  1. niet veeleisend, niet te duur
    • AH begon, Jumbo volgde wat later: acties waarbij je in een restaurant een tweede menu gratis krijgt. Zo eet je voor een zeer schappelijk prijsje buiten de deur. Het leek me zo’n aardige actie van AH. Voor ieder tientje aan boodschappen krijg je een zegel. Is je zegelkaart vol - en dat is hij gauw - dan kun je via Iens een tafel reserveren bij een van de deelnemende restaurants. Mooie beloning voor je klantentrouw. [4] 
99 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[5]