Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
schlemiel. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
schlemiel, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
schlemiel in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
schlemiel is hier. De definitie van het woord
schlemiel zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
schlemiel, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
de schlemiel m
- (scheldwoord) sukkel, domkop, slappeling
- In deze klucht is koopman Jean een beetje een schlemiel die weliswaar meent dat hij alles onder controle heeft, maar in werkelijkheid de speelbal is van het bedrog door anderen. [6]
- ▸ ⧖ Kon hij dan nooit iets goed doen? Zou ie dan altijd een schlemiel blijven? Hij zag z'n vader al met 'n van drift rooden kop. En ze waren tehuis toch al zoo arm. Z'n moeder zou 'm een lijst presenteeren van al hun zorgen en al hun sores en hem vertellen, hoe dat gemiste kippengeld hen in den afgrond wipte..[7]
- (informeel) stakker, stumper, pechvogel
- (...) is het prototype van de schlemiel, de stakker die eerder spotlust opwekt dan mededogen. [8]
- De benaming werd waarschijnlijk populair door de publicatie van Peter Schlemihl's wundersame Geschichte uit 1814 van de Duitse schrijver Adalbert von Chamisso. In deze roman verkoopt de onnozele hoofdpersoon Peter Schlemihl zijn schaduw aan de duivel. [1]
- Over de schlemiel als volksheld in de Joodse folklore, zie ook Ruth Wisse. [10]
2. stakker, stumper, pechvogel
91 % |
van de Nederlanders;
|
68 % |
van de Vlamingen.[11]
|
- ↑ 1,0 1,1 1,2 schlemiel op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ "schlemiel" in:
Sijs, Nicoline van der
, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑
Sturkenboom, D.
"Om de eer van het koopmanschap. De verleiding van het grote geldverdienen op het Nederlands toneel voor 1800" in: Praagse perspectieven 3. Handelingen van het colloquium van de sectie Nederlands van de Karelsuniversiteit te Praag. (2005) Universitaire pers, Praag; ISBN 807308113X; p. 16; geraadpleegd 2015-02-24
- ↑ Weblink bron
Siegfried van Praag
Bram in: Herman Robbers & R.W.P. De Vries Jr. (red.)
Elseviers Geïllustreerd Maandschrift, Jaargang 35, deel LXX (1925), Elsevier, Amsterdam op dbnl.org
- ↑
Cartens, D.
"Buitenissige outsiders" in: Ons Erfdeel. jrg. 48, nr. 2 (april 2005) Stichting Ons Erfdeel, Rekkem / Raamsdonksveer; p. 305; geraadpleegd 2015-02-24
- ↑ Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
- ↑ Weblink bron “The schlemiel as modern hero” (31 december 1971), University of Chicago Press, Chicago
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
schlemiel
- (informeel) onhandig persoon, kluns, sukkel, iemand die voortdurend stommiteiten begaat
- «Who better to fill it than his trusty sidekick in the smash-hit Dumb and Dumber 4: This Time It’s Lethal! If any revered statesman can substitute for the Bleach-Injector-In-Chief, you’d assume it’s the super-schlemiel who bragged about shaking hands with everybody in a Covid-infected hospital.»[3]
Wie kan hem beter vervangen dan zijn trouwe hulpje in de kraker "Dumb and Dumber 4: This Time It's Lethal"! Als er een gerespecteerd staatsman de plaats kan innemen van het bleekwaterspuiter-opperhoofd, dan is het wel de superschlemiel die opschepte met iedereen in een met corona besmet ziekenhuis de handen te schudden.