schoonzus

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord schoonzus. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord schoonzus, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je schoonzus in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord schoonzus is hier. De definitie van het woord schoonzus zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanschoonzus, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • schoon·zus
enkelvoud meervoud
naamwoord schoonzus schoonzussen
verkleinwoord schoonzusje schoonzusjes

de schoonzusv

  1. (familie) de echtgenote van iemands broer of zus, of de zus van iemands echtgenoot of echtgenote
     Hij was niet veroordelend, in deze kwestie was hij niet alleen uit eigen overtuiging beginselvast, hij was ook decennialang opgevoed door zowel Ingeborg als haar beste vriendin en bovendien zijn schoonzus Christa.[2]
100 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]
  1. schoonzus op website: Etymologiebank.nl
  2. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044628142
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be