sinjoorke

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord sinjoorke. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord sinjoorke, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je sinjoorke in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord sinjoorke is hier. De definitie van het woord sinjoorke zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vansinjoorke, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Sinjoorke


  • sin·joor·ke
enkelvoud meervoud
naamwoord sinjoorke
verkleinwoord

het sinjoorkeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord sinjoor
     Hoe heet jij?’
    ‘Joris.’
    ‘En verder?’
    In die tijd vond ik het nog belangrijk om te weten uit wat voor familie iemand kwam. Hij wierp het hoofd in de nek en schaterde.
    ‘Verder niks. Mijn vader is de blauwe hemel daarboven, mijn moeder de warme bruine aarde. Soms, als de schipper een goeie bui heeft, noemt-ie me het sinjoorke.’
    Dat kon ik me voorstellen. Met zijn donkere ogen en zwarte haren had hij iets zuidelijks over zich.
    [1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 30 augustus 2023 Weblink bron Gearchiveerde versie “Stad in de storm”, voorbeeldtekst (1979), Lemniscaat, Rotterdam, ISBN 9789060693971, p. 12