sonrosaré eerste persoon enkelvoud toekomende tijd (futuro) van sonrosar sonrosaré eerste persoon enkelvoud toekomende tijd (futuro) van sonrosarse...
sonrosare aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud toekomende tijd (futuro) van sonrosar aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud toekomende tijd (futuro)...
sonrosaren aanvoegende wijs derde persoon meervoud toekomende tijd (futuro) van sonrosar sonrosaren aanvoegende wijs derde persoon meervoud toekomende...
voorwaardelijke tijd (condicional) van sonrosar derde persoon enkelvoud voorwaardelijke tijd (condicional) van sonrosar sonrosaría eerste persoon enkelvoud...
sonrosado voltooid deelwoord (participio) van sonrosar sonrosado voltooid deelwoord (participio) van sonrosarse...
tegenwoordige tijd (presente) van sonrosar eerste persoon meervoud verleden tijd (pretérito indefinido) van sonrosar sonrosamos eerste persoon meervoud...
tegenwoordige tijd (presente) van sonrosar aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van sonrosar gebiedende wijs (bevestigend...
verleden tijd (pretérito imperfecto) van sonrosar derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van sonrosar sonrosaba eerste persoon enkelvoud...
tegenwoordige tijd (presente) van sonrosar gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van sonrosar sonrosa derde persoon...