speeltijd

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord speeltijd. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord speeltijd, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je speeltijd in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord speeltijd is hier. De definitie van het woord speeltijd zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanspeeltijd, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • speel·tijd
enkelvoud meervoud
naamwoord speeltijd speeltijden
verkleinwoord

de speeltijdm

  1. de tijd dat men mag spelen op school
    • Helaas was na een kwartiertje de speeltijd weer voorbij en moesten we weer hard werken aan de rekentoets. 
  2. de tijd dat een wedstrijd duurt, de tijd dat een speler in een wedstrijd speelt
    • Kramer vliegt boven iedereen uit, knikt zijn voorhoofd tegen de bal: 3-3. Het doelpunt is de laatste goal - qua speeltijd - ooit gemaakt in eredivisie, meldde sportdatabureau Gracenote. [2] 
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]