stijg

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord stijg. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord stijg, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je stijg in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord stijg is hier. De definitie van het woord stijg zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanstijg, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stijg
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘telwoord: twintigtal’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1425 .

Ontwikkeld uit Middelnederlands stige, vergelijk Duits Stiege, Oudfries stige, Krim-Gotisch stega "twintig" . Thans verouderd in standaard Nederlands, maar nog aanwezig in verschillende Oost-Nederlandse streektalen, bijv. Gronings stiege.

  • In de betekenis van ‘strontje’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1599 , verwant aan Fries stiich, Engels sty "strontje, zweertje op het ooglid"

Zelfstandig naamwoord

 de stijgv

  1. (eenheid) (verouderd) een set van twintig, twintigtal (vrijwel uitsluitend van eieren)
     Ouden van dage, heel enkelen, disschen uit hun geheugen nog wel eens op, dat voor een stijg eieren 25 ct.werd betaald

Zelfstandig naamwoord

 de stijgm

  1. (medisch) strontje op het oog, hordeolum externum

Werkwoord

vervoeging van
stijgen

stijg

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stijgen
    • Ik stijg. 
  2. gebiedende wijs van stijgen
    • Stijg! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stijgen
    • Stijg je? 

Meer informatie

Verwijzingen