taalonderzoeker

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord taalonderzoeker. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord taalonderzoeker, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je taalonderzoeker in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord taalonderzoeker is hier. De definitie van het woord taalonderzoeker zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vantaalonderzoeker, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • taal·on·der·zoe·ker
enkelvoud meervoud
naamwoord taalonderzoeker taalonderzoekers
verkleinwoord

de taalonderzoekerm

  1. (beroep) iemand die door het doen van waarneming probeert taal beter te begrijpen
     Rindfleischetikettierungsüberwachungsaufgabenübertragungsgesetz luidt het woord. Het is een aanduiding voor de wet op de delegatie van toezicht op rundvleesetikettering. Het woord gold jarenlang als het langste Duitse woord, aldus de Berlijnse taalonderzoeker Anataol Stefanowitsch.[2]
     Ook taalonderzoeker Vivien Waszink komt het woord steeds vaker tegen in Nederlandse hiphop. Zij doet onderzoek naar het vocabulaire van rappers.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink Weblink bron “Langste Duitse woord (63 letters) gaat verdwijnen” (03-06-2013), Reformatorisch Dagblad
  3. Bronlink Weblink bron “Waarom 'kech' zo beladen is” (03-01-2018), NOS