verplanten, verpotten, overplanten [1] transponer [2] trasladar [3] trasplantar trasponer in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website:...
verplaatsen verplanten, verpotten, overplanten [1] trasponer [2] trasladar [3] trasplantar transponer in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website:...
Spaanse werkwoord trasplantar Infinitief (infinitivo) Voltooid deelwoord (participio) Onvoltooid deelwoord (gerundio) trasplantar trasplantado trasplantando...