uitloper

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord uitloper. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord uitloper, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je uitloper in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord uitloper is hier. De definitie van het woord uitloper zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanuitloper, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
Uitlopers van een aardbeienplant
  • uit·lo·per
enkelvoud meervoud
naamwoord uitloper uitlopers
verkleinwoord uitlopertje uitlopertjes

de uitloperm

  1. (beschrijvende plantkunde) een groeiende, vaak kruipende, loot of stengel aan een boom of plant
    • Het is tijd om die uitlopers wat in te korten, anders verwildert de hele struik. 
  2. overdrachtelijk: iets dat op 1) gelijkt
    • Afghanistan heeft een lange uitloper in de noordoostelijke bergen. 
98 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be