verloor

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord verloor. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord verloor, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je verloor in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord verloor is hier. De definitie van het woord verloor zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanverloor, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • ver·loor
vervoeging van
verliezen

verloor

  1. enkelvoud verleden tijd van verliezen
    • Ik verloor. 
    • Jij verloor. 
    • Hij, zij, het verloor. 
     Het was fascinerend om te zien hoeveel zout ik verloor: na dagen zonder douche stond mijn shirt stijf van de zoute strepen en bleef het bijna rechtop staan.[1]
98 % van de Nederlanders;
94 % van de Vlamingen.[2]
  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


stamtijd
infinitief voltooid
deelwoord
verloor
verloor
volledig

verloor

  1. verliezen
    «Jy gaan dit verloor
    Dat ga je verliezen!