Geluid: verreizend (hulp, bestand) ver·rei·zend verreizend onvoltooid deelwoord van verreizen Het woord verreizend staat in de Woordenlijst Nederlandse...
verreizende (hulp, bestand) ver·rei·zen·de verreizende verbogen vorm van verreizend, het onvoltooid deelwoord van verreizen Het woord verreizende staat...
Geluid: verreizen (hulp, bestand) ver·rei·zen afleiding van reizen met het voorvoegsel ver- verreizen het maken van een reis tijd, geld en moeite uitgeven...
tijd van verreizen Ik verreis. gebiedende wijs van verreizen Verreis! (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verreizen Verreis...
verreizen Jij verreist. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verreizen Hij verreist. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verreizen Verreist...
verleden tijd van verreizen Ik verreisde. Jij verreisde. Hij, zij, het verreisde. verbogen vorm van verreisd, voltooid deelwoord van verreizen Het woord verreisde...
ver·reisd vervoeging van verreizen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel verreisd voltooid deelwoord van verreizen Het woord verreisd staat...
verreisden (hulp, bestand) ver·reis·den verreisden meervoud verleden tijd van verreizen Wij verreisden. Jullie verreisden. Zij verreisden. Het woord verreisden...
deelwoord gebiedende wijs aanvoegende wijs verreizend verreisd ev. verreis mv. verouderd verreist verreize aantonende wijs enkelvoud meervoud onvoltooid...
bereizen doorreizen inreizen leunstoelreizen meereizen nareizen omreizen overreizen rondreizen terugreizen tijdreizen verreizen voortreizen wegreizen...