volpompen
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord volpompen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord volpompen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je volpompen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord volpompen is hier. De definitie van het woord volpompen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanvolpompen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- vol·pom·pen
- samenstelling van vol bw en pompen ww
volpompen [1]
| stamtijd | ||
|---|---|---|
| onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
| volpompen |
pompte vol |
volgepompt |
| zwak -t | volledig | |
- door pompen iets met een vloeistof vullen
- Hoe rijmt dat met het vanuit Colombia, Bolivia en Peru letterlijk volpompen van containers met coke naar Europa? Zijn de Zuid-Amerikaanse drugskartels zo desperaat dat ze hun handelsvoorraad maar gewoon op de Europese markt dumpen? Zoals autofabrikanten vaak doen met hun overtollige modellen.[2]
- Zij laat de burger daarmee geloven dat wij niet zorgvuldig omgaan met onze dieren en dat wij geen oog hebben voor hun gezondheid en welzijn. Mevrouw Dikkers schetst de burger een beeld dat wij onze dieren volpompen met antibiotica zodat ze maar op hun benen blijven staan. Dit doet ons niet alleen pijn, haar uitspraken zijn ook nog eens pertinent onjuist.[3]
- Daar lig je dan. Gelukkig was Inge superlief en ze vertelde zoals beloofd precies wat ze ging doen en wat me mogelijk te wachten stond. Voor mijn gevoel duurde het allemaal een eeuwigheid. Het voelt ook zo onnatuurlijk om daar te liggen en je vrijwillig te laten volpompen met gif.[4]
- Het woord volpompen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "volpompen" herkend door:
| 98 % | van de Nederlanders; |
| 95 % | van de Vlamingen.[5] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Telegraaf JOHN VAN DEN HEUVEL 07 dec. 2016
- ↑ de Telegraaf 08 dec. 2015
- ↑ de Telegraaf 24 okt. 2014
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
