Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
weekloon. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
weekloon, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
weekloon in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
weekloon is hier. De definitie van het woord
weekloon zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
weekloon, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
het weekloon o
- het salaris dat men per werkweek verdient
- Volgens een inwoner die eerder sprak met Telegraafverslaggever Zander Lamme, had ’de mem van Doutzen ook een lot’. Als dat klopt, kan ook zij op een mooi bedrag rekenen... al is dat voor haar beroemde modellendochter slechts een weekloontje.[2]
- Het banenrapport van afgelopen vrijdag vertoonde echter een sterke toename van 242.000 banen wat ruim 50.000 boven de verwachtingen lag. De looncomponent liet echter een tegenvallend beeld zien waarbij de gemiddelde weeklonen met -0,1% waren gedaald tegen 0,5% in de maand ervoor.[3]
- (verouderd) het loon dat per week wordt betaald
1. loon voor een week werken
1. de wekelijkse loonbetaling
99 % |
van de Nederlanders;
|
98 % |
van de Vlamingen.[4]
|