Geluid: daalden in (hulp, bestand) daal·den in uit daalden (werkwoord) en in, hiertussen kunnen nog andere woorden staan daalden (...) in meervoud...
Geluid: daalde (hulp, bestand) daal·de daalde enkelvoud verleden tijd van dalen Ik daalde. Jij daalde. Hij, zij, het daalde. Het woord daalde staat...
Geluid: daalde neer (hulp, bestand) daal·de neer uit daalde (werkwoord) en neer, hiertussen kunnen nog andere woorden staan daalde neer enkelvoud...
Geluid: daalde af (hulp, bestand) daal·de af uit daalde (werkwoord) en af, hiertussen kunnen nog andere woorden staan daalde af enkelvoud verleden...
Geluid: daalde in (hulp, bestand) daal·de in daalde in enkelvoud verleden tijd van indalen Ik daalde in. Jij daalde in. Hij, zij, het daalde in. Het...
Geluid: daalden neer (hulp, bestand) daal·den neer uit daalden (werkwoord) en neer, hiertussen kunnen nog andere woorden staan daalden (...) neer...
Geluid: daalden (hulp, bestand) daal·den daalden meervoud verleden tijd van dalen Wij daalden. Jullie daalden. Zij daalden. ▸ Chantal ademde een...
andere woorden staan daalden (…) af meervoud verleden tijd van afdalen Wij daalden af. Jullie daalden af. Zij daalden af. Het woord daalden af staat...
gedaald (hulp, bestand) ge·daald vervoeging van dalen: de stam met omvoegsel ge- -d gedaald voltooid deelwoord van dalen Het woord gedaald staat in de Woordenlijst...
Geluid: afgedaald (hulp, bestand) af·ge·daald vervoeging van afdalen: voltooid deelwoord, op te vatten als samenstelling van af bw en gedaald ww ...