Geluid: gak (hulp, bestand) IPA: / ɣɑk / (1 lettergreep) gak gak eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gakken Ik gak. gebiedende wijs van...
Geluid: gakken (hulp, bestand) IPA: / ˈɣɑkə(n) / (2 lettergrepen) gak·ken klanknabootsing, in de betekenis van ‘het natuurlijke geluid van ganzen maken’...
bestand) ge·gakt vervoeging van gakken: de stam met omvoegsel ge- -t gegakt voltooid deelwoord van gakken Het woord gegakt staat in de Woordenlijst Nederlandse...
Geluid: gakkend (hulp, bestand) gak·kend gakkend onvoltooid deelwoord van gakken Het woord gakkend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de...
gakte (hulp, bestand) gak·te gakte enkelvoud verleden tijd van gakken Ik gakte. Jij gakte. Hij, zij, het gakte. Het woord gakte staat in de Woordenlijst...
gakken Jij gakt. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gakken Hij gakt. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van gakken Gakt! Het woord gakt...
eng·gak uit het Javaans: ndak - niet, nee enggak (spreektaal) niet (spreektaal) nee nggak, ngga, gak tidak enggak-enggak...
gakkende (hulp, bestand) gak·ken·de gakkende verbogen vorm van gakkend, het onvoltooid deelwoord van gakken Het woord gakkende staat in de Woordenlijst...
gakten (hulp, bestand) gak·ten gakten meervoud verleden tijd van gakken Wij gakten. Jullie gakten. Zij gakten. Het woord gakten staat in de Woordenlijst...
ga·gak gagak (zangvogels) kraai naam voor soorten uit het geslacht (Corvus ) (zangvogels) dikbekkraai (Corvus macrorhynchos )...