IPA: /ˈnoˀɐ̯/ nord Afkomstig van het Oudnoorse woord norðr. nord noordelijk nordamerikansk, nordatlantisk, nordfor, nordfra nordisk nord for noordelijk...
nord-nord-est m (windstreek) noordnoordoost...
nord-nord-ouest m (windstreek) noordnoordwest...
Nord m (windstreek) noord...
nord-est m (windstreek) noordoost, noordoosten...
nord-ouest m (windstreek) noordwest, noordwesten...
ouest-nord-ouest m (windstreek) westnoordwest...
est-nord-est m (windstreek) oostnoordoost...
Amérique du Nord v (werelddeel) Noord-Amerika...
nord-øst o (windstreek) noordoost, noordoosten...