Geluid: pinaar (hulp, bestand) pi·naar pinaar eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pinaren Ik pinaar. gebiedende wijs van pinaren Pinaar! (bij...
Geluid: pinarend (hulp, bestand) pi·na·rend pinarend onvoltooid deelwoord van pinaren Het woord pinarend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal...
Geluid: pinarende (hulp, bestand) pi·na·ren·de pinarende verbogen vorm van pinarend, het onvoltooid deelwoord van pinaren Het woord pinarende staat in...
pina "lijden; kwellen; schaars zijn" dat teruggaat op Portugees pinar "neuken" pinaren het moeilijk hebben Granman Forster (de belangrijkste traditionele...
bestand) ge·pi·naard vervoeging van pinaren: de stam met omvoegsel ge- -d gepinaard voltooid deelwoord van pinaren Het woord gepinaard staat in de Woordenlijst...
van pinaren Jij pinaart. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pinaren Hij pinaart. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van pinaren Pinaart...
pi·naar·de pinaarde enkelvoud verleden tijd van pinaren Ik pinaarde. Jij pinaarde. Hij, zij, het pinaarde. Het woord pinaarde staat in de Woordenlijst Nederlandse...
pi·naar·den pinaarden meervoud verleden tijd van pinaren Wij pinaarden. Jullie pinaarden. Zij pinaarden. Het woord pinaarden staat in de Woordenlijst Nederlandse...
koekoeksvogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren Het woord 'Cubaanse hagediskoekoek' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal...