Geluid: pust (hulp, bestand) pust pust tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pussen Jij pust. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd...
IPA: /pʊsc/ pusť pusť informeel tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs van het perfectieve werkwoord pustit...
Geluid: puste (hulp, bestand) pus·te puste enkelvoud verleden tijd van pussen Ik puste. Jij puste. Hij, zij, het puste. ...
Geluid: pusten (hulp, bestand) pus·ten pusten meervoud verleden tijd van pussen Wij pusten. Jullie pusten. Zij pusten. ...
Geluid: gepust (hulp, bestand) ge·pust vervoeging van pussen: de stam met omvoegsel ge- -t gepust voltooid deelwoord van pussen...
Aanmaken? IPA: / ˈpʉstəɾum / pus·te·rom Samenstelling van de Noorse woorden puste en rom. pusterom, o adempauze (figuurlijk) uitstel Geluid: Bestand bestaat...
inergatief (medisch) etter voortbrengen De wond puste nog wat, maar genas daarna vrij vlot. etteren, zweren Het woord pussen staat in de Woordenlijst Nederlandse...
/pɔlɔprɔpʊstniː/ po·lo·pro·pust·ný Afgeleid van het bijvoeglijk naamwoord propustný met het voorvoegsel polo- polopropustný halfdoorlatend; met betrekking tot halfdoorlatendheid...
IPA: /prɔpʊstnɔst/ pro·pust·nost Afgeleid van het bijvoeglijke naamwoord propustný met het achtervoegsel -ost propustnost v doorlatendheid polopropustnost...
hecheln overgankelijk blazen, hijgen, puffen overgankelijk hekelen overgankelijk hekeldichten [3]: durchhecheln [1]: keuchen [1]: pusten [1]: schnaufen...