IPA: /ˈreːm/ (Etsbergs) reem m riem gordel «Dootj öch die reem óm, went die zitte neet veur nieks in g'm wage!» Doe jullie gordels om. Ze zitten niet voor...
gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be Het is een van de Indonesische woorden van Nederlandse oorsprong. rem rem rem remmen...
Geluid: rem af (hulp, bestand) rem af uit rem (werkwoord) en af, hiertussen kunnen nog andere woorden staan rem af eerste persoon enkelvoud tegenwoordige...
ad rem (hulp, bestand) ad rem Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘ter zake, snedig’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1824 ad rem in...
Geluid: ad rems (hulp, bestand) ad rems ad rems partitief van de stellende trap van ad rem Dat is iets ad rems... Het woord ad rems staat in de Woordenlijst...
remen aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van remar gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud...
Geluid: handrem (hulp, bestand) hand·rem samenstelling van hand en rem de handrem m met de hand bediende rem Bekende handremmen zijn die van een fiets...
terugtraprem (hulp, bestand) te·rug·trap·rem samenstelling van terugtrap ww en rem zn de terugtraprem v / m rem die door terugtrappen in werking wordt...
reme aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van remar aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente)...