10 Resultaten gevonden voor "woorden-met-Roks".

rok

van rokken Ik rok.  gebiedende wijs van rokken Rok!  (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rokken Rok je?  Het woord rok staat...


roken

 rook [A] zn  met het achtervoegsel -en [1] in de betekenis van ‘rook afgeven’ aangetroffen vanaf 1240 [2] in de betekenis van ‘de rook van tabak genieten’...


rook

Geluid:  rook    (hulp, bestand) IPA: / rok / (1 lettergreep); /roːk/ rook [A]: erfwoord via Middelnederlands rooc van Oudnederlands rouc, in de betekenis...


rook aan

Geluid:  rook aan    (hulp, bestand) rook aan uit rook (werkwoord) en aan, hiertussen kunnen nog andere woorden staan rook (...) aan eerste persoon enkelvoud...


rook door

Geluid:  rook door    (hulp, bestand) rook door uit rook (werkwoord) en door, hiertussen kunnen nog andere woorden staan rook (...) door eerste persoon...


rook uit

Geluid:  rook uit    (hulp, bestand) rook uit uit rook (werkwoord) en uit, hiertussen kunnen nog andere woorden staan rook (...) uit eerste persoon enkelvoud...


rook op

Geluid:  rook op    (hulp, bestand) rook op uit rook (werkwoord) en op, hiertussen kunnen nog andere woorden staan rook (...) op eerste persoon enkelvoud...


rokken

Geluid:  rokken    (hulp, bestand) IPA: /ˈrɔkə(n)/ rok·ken In de betekenis van ‘onderdeel van spinnewiel’ aangetroffen vanaf 1240 mv: rok met de uitgang...


roken aan

Geluid:  roken aan    (hulp, bestand) ro·ken aan uit roken (werkwoord) en aan, hiertussen kunnen nog andere woorden staan roken (...) aan meervoud tegenwoordige...


roken door

Geluid:  roken door    (hulp, bestand) ro·ken door uit roken (werkwoord) en door, hiertussen kunnen nog andere woorden staan roken (...) door meervoud...