Geluid: fijnscheurend (hulp, bestand) fijn·scheu·rend fijnscheurend onvoltooid deelwoord van fijnscheuren...
Geluid: aanscheurend (hulp, bestand) aan·scheu·rend aanscheurend onvoltooid deelwoord van aanscheuren...
Geluid: bosscheuren (hulp, bestand) bos·scheu·ren de bosscheuren mv meervoud van het zelfstandig naamwoord bosscheur...
Geluid: verscheurendst (hulp, bestand) ver·scheu·rendst verscheurendst onverbogen vorm van de overtreffende trap van verscheurend...
Geluid: verscheurender (hulp, bestand) ver·scheu·ren·der verscheurender onverbogen vorm van de vergrotende trap van verscheurend...
Geluid: verscheurends (hulp, bestand) ver·scheu·rends verscheurends partitief van de stellende trap van verscheurend Dat is iets verscheurends... ...
Geluid: scheurend (hulp, bestand) scheu·rend scheurend onvoltooid deelwoord van scheuren Het woord scheurend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal...
Geluid: scheukend (hulp, bestand) scheu·kend scheukend onvoltooid deelwoord van scheuken Het woord scheukend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal...
Geluid: uitscheurend (hulp, bestand) uit·scheu·rend uitscheurend onvoltooid deelwoord van uitscheuren Het woord uitscheurend staat in de Woordenlijst Nederlandse...
Geluid: inscheurend (hulp, bestand) in·scheu·rend inscheurend onvoltooid deelwoord van inscheuren Het woord inscheurend staat in de Woordenlijst Nederlandse...