Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
zelfstandignaamwoordgroep. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
zelfstandignaamwoordgroep, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
zelfstandignaamwoordgroep in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
zelfstandignaamwoordgroep is hier. De definitie van het woord
zelfstandignaamwoordgroep zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
zelfstandignaamwoordgroep, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- zelf·stan·dig·naam·woord·groep
de zelfstandignaamwoordgroep v / m
- (taalkunde) woordgroep die als een substantief functioneert
- Een "halve finale" is iets anders dan de helft van een finale en het kan in een zin net zo worden gebruikt als "finale" of "kwartfinale", daarom is het een zelfstandignaamwoordgroep.
- ▸ De algemene regel geldt ook als het linkerdeel van de samenstelling een zelfstandignaamwoordgroep is.[1]
- (grammatica) zinsdeel dat bestaat uit een substantief met daarbij behorende voor- en nabepalingen
- In de zin "De dure fiets van mijn vader is kapotgegaan." vormt "De dure fiets van mijn vader" een zelfstandignaamwoordgroep.
- ▸ In het algemeen staat de negatie zo vroeg mogelijk in de zin. Als een zin een onbepaalde zelfstandignaamwoordgroep (met een of zonder lidwoord) of een andere onbepaalde uitdrukking (bijvoorbeeld ooit of ergens) bevat, dan wordt de negatie daarop uitgedrukt (wat resulteert in nooit en nergens).[2]
- ↑ Weblink bron
Commissie Spelling
“Technische Handleiding : Regels voor de officiële spelling van het Nederlands” (oktober 2016), Taalunie, Den Haag, p. 65 kol. 2
- ↑ Weblink bron
van der Wouden, T.
“Algemene Nederlandse Spraakkunst. 29.3.3 Niet versus geen, niemand versus niet iemand (versie 3.0).” (januari 2021.)