Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
zoel. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
zoel, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
zoel in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
zoel is hier. De definitie van het woord
zoel zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
zoel, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- In de betekenis van ‘lauw’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1576 [1]
zoel
- aangenaam warm
zoel
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zoelen
- gebiedende wijs van zoelen
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zoelen
33 % |
van de Nederlanders;
|
18 % |
van de Vlamingen.[2]
|