zwager

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord zwager. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord zwager, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je zwager in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord zwager is hier. De definitie van het woord zwager zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanzwager, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • zwa·ger
  • In de betekenis van ‘schoonbroer’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1220 [1] [2]
Middelnederlands: swager 'aangetrouwd mannelijk familielid'
Germaans: *swēgra-
Indo-Europees: *sueḱuro- 'schoonvader'
  • Verwant in Germaans:
Duits: Schwager
(Oudhoogduits: swāgur) 'schoonvader; zwager; schoonzoon'
  • Verwant in Romaans:
Latijn: socer (schoonvader)
Italiaans: suocero (schoonvader)
Portugees: sogro (schoonvader)
Spaans: suegro (schoonvader)
enkelvoud meervoud
naamwoord zwager zwagers
verkleinwoord zwagertje zwagertjes

de zwagerm

  1. (familie) de echtgenoot van een broer of zus of de broer van een echtgenote
100 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]