Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
Arbeitskraft. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
Arbeitskraft, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
Arbeitskraft in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
Arbeitskraft is hier. De definitie van het woord
Arbeitskraft zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
Arbeitskraft, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
Arbeitskraft v
- werkkracht
- «Wir möchten ihre Arbeitskraft beanspruchen.»
- Wij zouden gebruik willen maken van uw werkkracht.
- «Die menschliche Arbeitskraft wird in immer mehr Bereichen durch Maschinen ersetzt.»
- De menselijke werkkrachten worden steeds meer door machines vervangen.
- «Sie ist eine tüchtige Arbeitskraft.»
- Zij is een bekwame werkkracht.
- ABM-Kraft, Altenpflegekraft, Aufsichtskraft, Aushilfskraft, Aushilfsfahrer, Bürokraft, Bürofachkraft, Erziehungskraft, Führungskraft, Gastarbeiter, Hauswirtschaftskraft, Honorarkraft, Landarbeiter, Lehrkraft, Nachwuchskraft, Pflegekraft, Reinigungskraft, Saisonkraft, Schreibkraft, Servierkraft, Teilzeitkraft, Vertretungskraft, Verwaltungskraft, Vollzeitkraft, Zusatzkraft