aanschijns

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord aanschijns. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord aanschijns, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je aanschijns in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord aanschijns is hier. De definitie van het woord aanschijns zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanaanschijns, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • aan·schijns

aanschijns

  1. genitief onzijdig  van aanschijn, archaïsche vorm die in enkele staande uitdrukkingen voorkomt
  • in het zweet des aanschijns
door hard te werken
 'Wat heb je net zitten lezen? Terwijl ik in het zweet des aanschijns achter het fornuis stond te ploeteren?' 'Mmm, heerlijk! Van mij mag je wel elke avond ploeteren als dit het resultaat is.[1]
  • in het zweet zijns aanschijns (haars, mijns etc.)
door zijn of haar noeste arbeid
  1. Håkan Nesser
    “Herfst op Gotland” (2021), De Geus (uitgeverij), ISBN 9789044535624