afroepen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord afroepen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord afroepen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je afroepen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord afroepen is hier. De definitie van het woord afroepen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanafroepen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • af·roe·pen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afroepen
riep af
afgeroepen
klasse 7 volledig

afroepen

  1. overgankelijk het een voor een noemen van namen
    • De artsen gingen de patiënten afroepen op volgorde van alfabet. 
  2. overgankelijk iets zelf veroorzaken, oproepen
    • Zij zijn de problemen aan het afroepen over zichzelf. 
  • op afroep
direkt na het doen van een verzoek
•  Haar wangen bleven droog, haar hart was echter een tranendal waarin emoties verdronken. De site verscheen op afroep. [1] 


98 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]
  1. Suzanne Vermeer: All-inclusive 2008
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be