bezeveren

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bezeveren. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bezeveren, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bezeveren in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bezeveren is hier. De definitie van het woord bezeveren zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbezeveren, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • be·ze·ve·ren

bezeveren

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
bezeveren
bezeverde
bezeverd
zwak -d volledig
  1. zeuren, zaniken, klagen
     Anyway, ik wil thuis nog graag wel eens een potje ongeremd zaniken. De meeste mensen verbruiken al hun gezeur tegenwoordig op sociale media, maar dat vind ik zonde. Er valt zoveel meer te bezeveren in het echte leven.[2]
  2. met kwijl nat maken
46 % van de Nederlanders;
58 % van de Vlamingen.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink Weblink bron “34.797 uur voetbal en wijze woorden van Hans de Booij (alias de vriendin)” (23/01/2017), HP de Tijd
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be