bosviooltje

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bosviooltje. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bosviooltje, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bosviooltje in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bosviooltje is hier. De definitie van het woord bosviooltje zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbosviooltje, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak

Geluid: bosviooltje (hulp, bestand)

(IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

bos·vi·ool·tje

Woordherkomst en -opbouw

samenstelling van bos en viooltje zn

Zelfstandig naamwoord

het bosviooltje o

verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord bosviool

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bosviooltje	bosviooltjes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het bosviooltje o dim. tant.

(bloemplanten) Viola riviniana een vaste plant uit de viooltjesfamilie (Violaceae ). De soort varieert in grootte. In de zomer worden cleistogame bloemen gevormd, net als bij het maarts viooltje (Viola odorata ). In het wild komt de soort in loofbossen voor. Het bosviooltje komt van nature voor in Europa en Noord-Afrika. De plant wordt 5-35 cm hoog en vormt een niet vertakte wortelstok

Hyperoniemen

viooltje, viooltjesfamilie, zaadplanten, fabiden, rosiden, bedektzadigen, landplanten, planten

Verwante begrippen

donkersporig bosviooltje

Gangbaarheid

Het woord bosviooltje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Zie Wikipedia voor meer informatie.

bosviooltje in het Nederlands Soortenregister N
bosviooltje op Wikidata

Enciclo

Wikious

Sapientia

Scientia

Boobota

Anandapedia

Sagapedia

Wikithot