bruiken

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bruiken. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bruiken, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bruiken in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bruiken is hier. De definitie van het woord bruiken zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbruiken, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • brui·ken
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
bruiken
bruikte
gebruikt
zwak -t volledig

bruiken

  1. overgankelijk (Vroegnieuwnederlands) zich bedienen van, gebruiken
      Door 't bruiken van zijn pligten:
    Zoo heeft hy Goodes gaaf tot winning aangeleid.
    [3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. bruiken op website: Etymologiebank.nl
  3. Bronlink Weblink bron
    Claes Stapel
    “Het lust-hof der zielen, beplant met verscheiden soorten van geestelijke gezangen” (1681) op Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren op Wikipedia