Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
doodgoed. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
doodgoed, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
doodgoed in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
doodgoed is hier. De definitie van het woord
doodgoed zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
doodgoed, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
doodgoed
- heel erg vriendelijk en eerlijk
- ▸ “Het was een doodgoed mens, een schat, ze gaf je warmte”, verklaarde zanger Koos Alberts, belangrijk erfgenaam van het muzikale erfgoed van Tante Leen, desgevraagd vanuit zijn rolstoel.[4]
- ▸ Het is een doodgoed krantje, waarin niets of niemand nodeloos gekwetst wordt, en dat hoort ook niet in Amsterdam-Zuid.[5]
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als zelfstandig naamwoord
het doodgoed o
- (kleding) verzamelterm voor de kleren waarin iemand wordt begraven
- ▸ ⧖ De Moeder van het hofje kwam dan ook met een allergewichtigst gezicht binnen, en moeder De Groot op zijde nemende, hield zij haar voor, dat men niets heiligers te doen had dan jufvrouw Noiret te ontweiden. ‘Jufvrouw De Groot kon daartoe over haar beschikken; zij was er niet akelig van. Ook wist zij heel goed waar het doodgoed van jufvrouw Noiret lag.’[6]