duiden

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord duiden. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord duiden, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je duiden in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord duiden is hier. De definitie van het woord duiden zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanduiden, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • dui·den
  • In de betekenis van ‘wijzen, uitleggen’ voor het eerst aangetroffen in 1200 [1]
  • Afgeleid van het Middelnederlandse duden (Vlaams: dieden), van het Oudhoogduitse diuten, van het Oudfriese bithiuda, van het Oudengelse geðiedan, van het Oudnoorse þýða en þeuðō ("volk"). Mogelijk betekende "dieden" 'voor het volk begrijpelijk maken' ofwel 'aan het volk uitleggen'.[2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
duiden
duidde
geduid
zwak -d volledig

duiden

  1. overgankelijk uitleggen, verklaren, begrijpelijk maken
    • Een hoofdkenmerk is dat de mens zich 'afzet' van zijn omgeving, die hij trouwens rationeel probeert te duiden. [3]
  2. duiden op:een teken zijn dat iets gaat gebeuren
    • Alles duidde op een komende onweersbui. 
100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[4]