eenzijdig wintergroen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord eenzijdig wintergroen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord eenzijdig wintergroen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je eenzijdig wintergroen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord eenzijdig wintergroen is hier. De definitie van het woord eenzijdig wintergroen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vaneenzijdig wintergroen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • een·zij·dig win·ter·groen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord eenzijdig wintergroen eenzijdige wintergroenen
verkleinwoord eenzijdig wintergroentje eenzijdige wintergroentjes

Zelfstandig naamwoord

het eenzijdig wintergroeno

  1. (bloemplanten) Orthilia secunda op Wikispecies een groenblijvende, half-struikachtige, vaste plant, die behoort tot de heidefamilie (Ericaceae op Wikispecies). Het is een plant van schaduwrijke plekken in duinen en bossen. Eenzijdig wintergroen komt van nature voor in Eurazië. Vroeger kwam de plant voor in de wassenaarse duinen en in de bossen bij Hummelo op Wikipedia (nl) en weert. De soort staat op de Nederlandse Rode lijst planten op Wikipedia (nl) als in Nederland niet meer aanwezig
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie