frisbee

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord frisbee. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord frisbee, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je frisbee in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord frisbee is hier. De definitie van het woord frisbee zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanfrisbee, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fris·bee
Woordherkomst en -opbouw
  • eponiem van Engels frisbee, van de merknaam "Frisbee" die verwijst naar een spelletje dat in 1957 populair was onder studenten van Yale University die daarbij gooiden met schaaltjes waarin Mrs. Frisbie's Pies op Wikipedia (en) haar gebak verpakte, in de betekenis van ‘werpschijf’ voor het eerst aangetroffen in 1971
enkelvoud meervoud
naamwoord frisbee frisbees
verkleinwoord frisbeetje frisbeetjes

Zelfstandig naamwoord

de frisbeem

  1. (speelgoed) plastic ronde schijf die je naar elkaar overgooit
    • Frisbees zijn gewoonlijk uitgevoerd in plastic, hebben een diameter van ongeveer 20 tot 30 cm en een boord. 
     Om het een beetje leuk te houden stopte ik er ook een extraatje in zoals marshmallows, M&M’s of een frisbee.

Werkwoord

vervoeging van
frisbeeën

frisbee

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van frisbeeën
    • Ik frisbee. 
  2. gebiedende wijs van frisbeeën
    • Frisbee! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van frisbeeën
    • Frisbee je? 

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen