handbal

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord handbal. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord handbal, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je handbal in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord handbal is hier. De definitie van het woord handbal zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanhandbal, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hand·bal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord handbal handballen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het handbal o

  1. (sport) teamsport waarbij de bal in het doel van de tegenpartij gegooid moet worden.
    • Handbal is een sport waarbij veelvuldig lichamelijk contact plaatsvindt. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
    1.   
enkelvoud meervoud
naamwoord handbal handballen
verkleinwoord handballetje handballetjes

Zelfstandig naamwoord

de handbal m

  1. kleine bal waarmee men gooit.
Hyperoniemen
Verwante begrippen
enkelvoud meervoud
naamwoord handbal handballen
verkleinwoord handballetje handballetjes

Zelfstandig naamwoord

de handbal m

  1. (anatomie) deel van de hand

Werkwoord

vervoeging van
handballen

handbal

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van handballen
    • Ik handbal. 
  2. gebiedende wijs van handballen
    • Handbal! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van handballen
    • Handbal je? 

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. ↑ Handbal, psb.eu
  2. ↑ Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Enciclo
Wikious
Sapientia
Scientia
Boobota
Anandapedia
Sagapedia
Wikithot