hoepelhoutboom
Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord hoepelhoutboom. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord hoepelhoutboom, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je hoepelhoutboom in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord hoepelhoutboom is hier. De definitie van het woord hoepelhoutboom zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanhoepelhoutboom, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- (IPA in voorbereiding)
- hoe·pel·hout·boom
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | hoepelhoutboom | hoepelhoutbomen |
| verkleinwoord | hoepelhoutboompje | hoepelhoutboompjes |
de hoepelhoutboom m
- (bloemplanten) Copaifera guyanensis
een boom die tot 40 m hoog kan worden. De boom komt voor in Colombia, de Guiana's en Brazilië (Amazonas, Pará, Bahía)
- vlinderbloemenfamilie, zaadplanten, fabiden, rosiden, 'nieuwe' tweezaadlobbigen, bedektzadigen, landplanten, planten
- Het woord 'hoepelhoutboom' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- hoepelhoutboom op Wikidata
